Er is een verplichting - een zuil van ons geloof zelfs - die veel van onze broeders en zusters verwaarlozen.
Veel van onze broeders en zusters betalen hun jaarlijkse zakaat niet, niet vanwege gierigheid, maar door onwetendheid. Zij hebben dit nooit vanuit huis meegekregen en zijn er dus niet van op de hoogte. Iets waar we nu met ze allen verandering in moeten brengen.
Het betalen van de zakaat is de derde zuil van de islam en wordt in heel veel verzen in de Koran samen genoemd met het gebed. Allah zegt:
"En onderhoudt het gebed en geeft de zakaat." [2:43]
Het uitgeven van de zakaat zegent de bezittingen, reinigt de ziel van gierigheid en is goedheid naar de armen en behoeftigen. Allah zegt:
“Neem (O Mohammed) van hun bezittingen de zakaat, jij reinigt en zuivert hen daarmee.” [9:103]
In dit bericht gaan we in op één van de soorten bezittingen waar men zakaat over dient te betalen, namelijk het geld.
Moet ik ook Zakaat betalen?
Je bent verplicht zakaat te betalen wanneer je aan twee voorwaarden voldoet:
Eerste voorwaarde:
Wie een bedrag bezit boven de nisaab (minimumgrens) is zakaatplichtig.
Deze nisaab is de waarde van 85 gram goud of 595 gram zilver. Het beste is om zilver als maatstaf aan te houden, omdat zilver goedkoper is en dat dus in het voordeel van de armen is.
Wanneer we bijvoorbeeld kijken op www.goudmarkt.nl/zilverprijs, dan zien we dat de prijs van één gram zilver 0,44 eurocent is. Dit keer 595 is €261,80. Wie een bedrag bezit van €261,80 of hoger is zakaatplichtig. Ongeacht of de persoon die dit bedrag bezit volwassen is of niet en ongeacht of de bezitter van dit bedrag geestelijk gezond is of niet. Wanneer kinderen en of geestelijk gehandicapten geld bezitten en niet in staat zijn om de zakaat zelf uit te geven, dan doet hun voogd, zoals de vader, dit voor hen.
Tweede voorwaarde:
Je bent pas zakaatplichtig over het bedrag dat gelijk is aan de nisaab of hoger, wanneer jij een islamitisch jaar (maanjaar) in het bezit bent van dit bedrag.
Voorbeeld
Mocht je op 1 Ramadan 2020 in het bezit komen van een bedrag van €700 (wat boven de eerdergenoemde minimumgrens is), dan begint 'jouw' jaar vanaf 1 Ramadan 2020.
Als dit bedrag boven de nisaab blijft (€261,80) tot 1 Ramadan 2021, dan betaal je 2,5% over het op dat moment aanwezige bedrag. Heb je dus bijvoorbeeld €200 uitgegeven door het jaar heen en heb je €500 over op 1 Ramadan 2021, dan betaal je daar 2,5% over.
Mocht dat bedrag op 1 Ramadan 2021 bijvoorbeeld €200 bedragen (wat onder de minimumgrens is) dan hoeft daar geen zakaat over te worden betaald. Wanneer je weer in het bezit komt van een bedrag boven de minimumgrens gaat 'jouw' jaar weer in.
Hoeveel zakaat betaal ik?
Zoals is op te maken uit het voorbeeld bedraagt de zakaat 2,5 % van het bedrag dat een jaar lang boven de nisaab is gebleven. Deze 2,5% kan je gemakkelijk berekenen door het bedrag door veertig te delen.
Simpelste manier om je zakaat te betalen
Het komt vaak voor dat je verschillende keren in het jaar in het bezit komt van bedragen boven de minimumgrens, zoals je salaris bijvoorbeeld. Dan zou je dus in principe voor elk bedrag (boven de nisaab) moeten bijhouden wanneer een jaar voorbij is gegaan om vervolgens de zakaat te betalen.
Het is dan makkelijker om één datum in het jaar aan te houden, zoals 1 Ramadan bijvoorbeeld, waarop je jouw zakaat betaalt over al het aanwezige geld (uiteraard als het boven de nisaab is). De zakaat die je dan betaalt over bedragen die je nog geen jaar bezit, wordt beschouwd als vooruitbetaalde zakaat en het is toegestaan om jouw zakaat vooruit te betalen.
Als je de manier van 'een datum in het jaar' aanhoudt, is het berekenen en uitgeven van jouw zakaat een simpele opgave. Deel het bedrag dat je bezit door veertig en geef het uit!
Uitgeleend geld
Wanneer je iemand geld hebt geleend en jij dit op elk gewenst moment terug kan krijgen, dan dien je dit uitgeleend bedrag te beschouwen als geld dat in jouw bezit is en daar met de rest van jouw geld zakaat over te betalen.
Het uitgeleende geld dat jij niet op elk gewenst moment terug kan krijgen, omdat de schuldenaar het niet heeft of omdat hij het verzuimt terug te geven, betaal je pas zakaat over wanneer je het bedrag terug hebt gehad. Je betaalt dan eenmalig zakaat over het bedrag, ook al is het een schuld van jarenlang.
Zelf schulden hebben
Wanneer je zelf schulden hebt, maar wel aan de bovengenoemde twee voorwaarden van de zakaat voldoet (door een jaar lang in het bezit te zijn van een bedrag gelijk aan of hoger dan de nisaab), dien je ook zakaat te betalen en zijn deze schulden geen vrijstelling.
Nadat - hopelijk - duidelijk is geworden hoe de zakaat wordt berekend, rest nog een belangrijk vraagstuk en dat is: aan wie hoor ik mijn zakaat te geven? Dit wordt in shaa Allaah in het bericht hieronder verduidelijkt.
P.S. De zakaat die je aan het einde van de Ramadan uitgeeft, is de zakaat ul-fitr. Dat is een andere verplichting en staat los van de regelgevingen van de zakaat die we in dit bericht hebben behandeld.
Wie heeft recht op onze zakaat?
Allah de meest Verhevene heeft in de Koran verduidelijkt aan wie wij onze zakaat moeten geven. Dit zijn acht groepen die Allah in één vers heeft genoemd. Allah zegt:
“Voorwaar, de zakaat is slechts voor 1) de armen en 2) de behoeftigen en 3) de werkenden (aan de inzameling ervan) en 4) de Moe’allaf en voor 5) het vrijkopen van de slaven en 6) de schuldenaren en om (uit te geven) op 7) de weg van Allah en voor 8) de reiziger (die zonder proviand is komen te zitten) als een plicht tegenover Allah ...” [9:60]
Het zijn slechts deze acht groepen die recht hebben op de zakaat, andere doeleinden hoe vroom ze ook mogen zijn, zoals het bouwen van moskeeën e.d., mag geen zakaat aan worden besteed.
In dit bericht gaan we in op de drie meestvoorkomende groepen rechthebbenden:
De armen
Allah heeft als eerste de armen genoemd omdat zij het meest behoeftig zijn. De arme is niet wat wij ons voorstellen bij het woordje "arme": namelijk iemand die geen woning heeft en er onverzorgd bijloopt.
Met een arme wordt in islamitische termen een persoon bedoeld die helemaal geen inkomen heeft, of een inkomen heeft maar dat het minder dan de helft van zijn jaarlijkse kosten dekt.
Voorbeeld
Een persoon heeft een inkomen op jaarbasis van €3000, en zijn jaarlijkse kosten (en die van degenen die hij onderhoudt) qua huur, eten, kleding e.d. bedraagt €7000. Dan behoort deze persoon tot de groep "armen" (faqier) omdat zijn inkomen minder dan de helft van zijn jaarlijkse kosten dekt. Hij heeft in dat geval recht op datgene wat hij op jaarbasis tekort komt, en dat is in dit voorbeeld €4000.
De behoeftigen
De behoeftige is in minder hoge nood dan de arme. Een persoon die onder de behoeftigen valt, heeft voldoende inkomen om: de helft van zijn jaarlijkse kosten te dekken, of meer dan de helft.
Voorbeeld
Een persoon heeft een inkomen op jaarbasis van €3000, en zijn jaarlijkse kosten zijn €4000. Deze persoon behoort tot de groep "behoeftigen" (miskien) omdat zijn inkomen meer dan de helft van zijn jaarlijkse kosten dekt. Hij heeft in dit voorbeeld recht op €1000 zakaat.
Het valt op dat het enige verschil tussen de twee groepen, de hoogte in nood is. Ze komen beiden overeen in het feit dat hun inkomsten niet genoeg zijn om hun jaarlijkse kosten te dekken. Dat is dus ook de reden waarom zij recht hebben op zakaat.
De schuldenaren
Een persoon die genoeg inkomsten heeft om zijn jaarlijkse kosten te dekken, maar met een schuld zit en niet in staat is om deze af te lossen, is ook rechthebbende. Dit wanneer de schuld is ontstaan door het lenen van geld voor noodzakelijke zaken, zoals het kopen van kleding voor zijn gezin e.d. en niet wanneer de schuld is ontstaan vanwege het kopen van allerlei overbodige zaken.
Deze schuld mag direct aan de schuldeiser worden afgelost, wanneer de schuldenaar bijvoorbeeld niet goed met geld om kan gaan en wordt gevreesd dat hij het zal verspillen.
Intentie
De zakaat is een aanbidding en voor elke aanbidding is een intentie vereist. Wanneer je dus een persoon geld geeft als zakaat, moet de intentie van zakaat vooraf zijn genomen (in het hart). Je kan een bedrag dat je iemand hebt gegeven zonder intentie dat het zakaat is daarom niet achteraf als zakaat beschouwen.
Vermelden dat het zakaat is
Wanneer jij zo goed als zeker weet dat een bepaalde persoon recht heeft op zakaat, hoeft het niet te worden vermeld dat het geld dat jij hem geeft zakaat is, aangezien dit de betreffende persoon in verlegenheid kan brengen.
Wie je geen zakaat mag geven
Iedereen die jij verplicht bent te onderhouden (wanneer zij dat nodig hebben en jij daartoe in staat bent) mag je geen zakaat geven. Dat zijn met name jouw ouders (en hun ouders) en jouw kinderen (en hun kinderen), omdat je met het geven van zakaat jouw verplichting om hen te onderhouden op deze manier ontloopt. Wel wordt er een uitzondering gemaakt wanneer een persoon het niet ruim genoeg heeft om hen te onderhouden, dat hij ze van zijn zakaat geeft. Een andere uitzondering is in het geval dat degenen die jij verplicht bent te onderhouden, zoals vader of kind, schulden hebben. Dan mag jij hen helpen met het aflossen van hun schulden.
Voorrang
Het beste is om jouw zakaat aan arme familieleden te geven, omdat de zakaat op deze manier liefdadigheid is én reden van het onderhouden van de familiebanden, zoals dat in een overlevering staat. Vaak geven mensen hun zakaat aan allerlei instantie's terwijl zij familieleden hebben in binnen of buitenland die nauwelijks rond kunnen komen.
Voorgaande jaren
Zakaat die jij voorgaande jaren niet hebt uitgegeven vanwege bijvoorbeeld onwetendheid, komt niet te vervallen. Met het tonen van berouw maak je goed wat tussen jou en Allah is, maar de schuld naar de armen en behoeftigen blijft staan.
Wie niet exact weet wat zijn inkomsten waren, maakt een schatting totdat hij het gevoel heeft dat hij over al zijn voorgaande inkomsten zakaat heeft betaald (uiteraard de voorwaarden in het vorige bericht in acht nemende). Allah belast een persoon niet boven zijn vermogen.